Verslag vanuit de Statencommissie van 9 september 2019
In de eerste vergadering van het nieuwe politieke jaar van de Commissie Ruimte, Wonen en Klimaat (RWK) hadden we meteen een urgent onderwerp te pakken: de energietransitie. Hoe pakken we dat aan?
De PvdA N-H vindt het belangrijk dat we zo snel als mogelijk naar een klimaatneutrale provincie gaan. Op een eerlijke manier die voor iedereen te betalen is. Daarbij is het nodig dat er keuzes worden gemaakt waarbij we de inwoners en bedrijven meenemen.
De opdracht voor alle Nederlanders is nu om met zijn allen de CO2-uitstoot in ons land met 49% te verminderen en wel voor 2030. Dat schrijft de regering in het concept-Klimaatakkoord van jongstleden juni.
Nederland is door het kabinet in dertig regio’s geknipt. Die regio’s moeten onderling plannen maken waardoor we, alles bij elkaar opgeteld, die vermindering van de CO2-uitstoot halen. En daar heeft het kabinet een strakke planning aan gehangen. Een half jaar na de ondertekening van het akkoord in Den Haag moeten alle regio’s een conceptplan (RES) te hebben.
Een mooie uitdaging voor de twee regio’s van Noord-Holland, Noord-Holland Noord en Noord-Holland Zuid!
Gelukkig heeft de provincie, samen met de gemeenten en de waterschappen de afgelopen maanden niet stil gezeten, zo bleek in de commissie RWK. Gezamenlijk zijn er twee Startnotities gemaakt om voor elke regio tot een RES te komen. Hierin wordt uitgelegd hoe deze overheden de bewoners van Noord-Holland, de bedrijven en andere organisaties gaan betrekken bij deze opdracht.
Ook is onderzocht wat we daarbij nodig hebben aan infrastructuur. In eerste instantie is dat de verantwoordelijkheid van de netwerkbeheerders als Stedin en Liander; waar ruimtelijke problemen ontstaan, komt de provincie om de hoek kijken.
Voor de PvdA is het heel belangrijk dat alle inwoners van Noord-Holland meegenomen worden bij deze energietransitie en dat deze voor iedereen betaalbaar blijft. Samen met andere partijen hebben we die boodschap meegegeven aan de gedeputeerde Edward Stigter.
Mede namens mijn fractiegenoot en commissielid Lars Voskuil.