Werkconferentie Zorgen voor Zorg groot succes
Raadsleden en kandidaat-raadsleden van de PvdA zijn afgelopen zaterdag in De Rustende Jager in Nieuw-Vennep bijeengekomen om te praten over de zorg. Tijdens deze werkconferentie hebben zij van gedachten gewisseld over de toekomstige uitbreiding van de Wmo en over de overgang van de Jeugdzorg naar de gemeenten. Voor het laatste onderdeel was Tweede Kamer lid Lous Ypma aanwezig, evenals gedeputeerde Marc Witteman uit Flevoland. In totaal waren er 38 personen, die verdeeld over twee groepen kansen en bedreigingen hebben geïnventariseerd. De conferentie was georganiseerd door de PvdA-fracties van Amstelveen en Haarlemmermeer. Tom Horn, PvdA-fractievoorzitter in Haarlemmermeer, opende de conferentie door op te roepen goed na te denken nu het spoedig “van theorie naar praktijk” zal gaan.
Verkiezingen
In de aanloop naar de verkiezingen zijn partijen vooral bezig met de campagne: strategieën worden bepaald, folders worden gedrukt en debatten worden voorbereid. Maar juist op dit vlak dient de PvdA ook goed voorbereid te zijn op wat er vlak na de verkiezingen gebeurt. Het tijdpad naar 1 januari 2015, als de nieuwe zorgwetten ingaan, is kort. Al bij de coalitie-onderhandelingen wordt er gesproken over de lokale invulling van de wetten en als het college is geïnstalleerd, staan de aanbestedingen al voor de deur. Dat bracht afgelopen zaterdag PvdA-raadsleden en –kandidaten uit Amstelveen, Beverwijk, Edam-Volendam, Haarlem, Haarlemmermeer, Haarlemmerliede Spaarnwoude, Heemskerk, Waterland, Zaanstad, Zandvoort en Zeevang op de been voor een enthousiaste uitwisseling van ideeën.
Jeugdzorg
In de twee sessies over de Jeugdzorg hield Lous Ypma een inleiding over de gedachte achter de wet en de kansen die het brengt om vanuit de gemeenten meer veiligheid en ontwikkeling te bieden aan kinderen. Het is immers een sociaal-democratisch principe om te zorgen dat iedereen, juist ook onze kinderen, voldoende ontwikkelkansen krijgt. Er werd gesproken over de rol van de raadsleden om dit goed vorm te geven. Anno 2014 komen er gemiddeld 14 verschillende hulpverleners in een gezin dat zorg nodig heeft. Dat moet anders. De overgang naar het nieuwe stelsel biedt de mogelijkheid om dat te doen. De veiligheid van het kind staat daarbij uiteraard centraal, maar het is daarnaast essentieel dat invulling wordt gegeven aan het beginsel 1 plan, 1 gezin,1 regisseur, bij voorkeur door samen met een gezin een familieplan op te stellen.
Hulpverleners moeten kundig genoeg zijn om de regisseursrol in een gezin op zich te kunnen nemen. Daarom moet in die deskundigheid worden geïnvesteerd. De politiek dient vervolgens vertrouwen te hebben in die professional en er voor waken om naar aanleiding van incidenten zaken dicht te willen regelen. Om te meten of het nieuwe beleid werkt, is het verstandig zoveel mogelijk concrete doelen af te spreken om te kunnen sturen op die resultaten. De ervaringen van de cliënten zelf is een belangrijke graadmeter bij het meten of een behandeltraject succesvol is geweest.
Uiteraard werd er ook gesproken over de (frictie)kosten die gepaard gaan met de bezuinigingen bij deze overgang. Marc Witteman maakte duidelijk dat dit een kwestie is die nog steeds op de onderhandelingstafel ligt tussen Rijk, Provincies en gemeenten.
Uitbreiding Wmo
Onder leiding van Dolf Veenboer (Amstelveen) en Tom Horn (Haarlemmermeer), beiden oud-wethouders Wmo, werd in de andere sessies gekeken naar de uitbreiding van de Wmo met de functie begeleiding. Daarbij werd ter discussie gesteld of het onderbrengen van persoonlijke verzorging in de Zorgverzekeringswet wel een verstandige keuze is. Een belangrijk argument om dat niet te doen, is dat gemeenten extra mogelijkheden kwijt raken om de ondersteuning van inwoners effectiever en efficiënter uit te voeren. Een ander nadeel is dat er dan strikte afspraken dienen te worden gemaakt met de zorgverzekeraars, hetgeen inmiddels door de staatssecretaris is toegezegd. Juist in deze afspraken liggen wellicht ook de kansen voor de gemeenten. Zij zijn immers ook diegenen die de huisartsen contracteren: via de huisartsen kunnen bijv. de oudere inwoners en hun mantelzorgers gemakkelijker worden bereikt. Bovendien blijft daarmee de persoonlijke verzorging een verzekerd recht, op indicatie van de huisarts.
Veel zorgen werden geuit over de overbelasting van mantelzorgers. als we nog meer aan hen overlaten. Hoe kunnen we mantelzorgers ondersteunen en mogelijke overbelasting op tijd opvangen? Daarbij is zeker een rol weggelegd voor vrijwilligers, maar zijn die er straks nog voldoende? Ook werd van belang geacht dat de gemeente voldoende blijft investeren in preventie. Zorg voor goede en bereikbare voorzieningen in de wijken, waardoor inwoners kunnen worden geholpen om zelf vroegtijdige en laagdrempelige ondersteuning te organiseren.
Regionale samenwerking
In beide sessies kwam natuurlijk ook de regionale samenwerking ter sprake, zowel politiek als bij de uitvoering. Instellingen werken immers ook over de grenzen heen en een kind kan in de ene gemeente wonen en in de andere naar school gaan. Bovendien helpt het om niet allemaal hetzelfde wiel uit te vinden. Daarom werd deze werkconferentie besloten met de belofte om na 19 maart, als de fracties bekend zijn, de PvdA-woordvoerders bijeen te roepen om gezamenlijk een denktank te vormen.